Kwaliteiteisen die de overheid stelt




De kwaliteitseisen die de overheid stelt aan Talant.

De overheid stelt een aantal eisen waaraan Talant moet voldoen. Ik leg de volgende onderwerpen hier onder uit. De onderwerpen die ik ga behandelen zijn als volg;
-          HACCP.                - BIG
-          BHV.                     - Arbo.
-          VOG.                    - CAO.
-          HKZ.                      - CFB controle fysieke beheersing.

HACCP;
Wat is HACCP?
De afkorting betekent Hazard Analysis and Critical Control Point. Het is een risico-inventarisatie voor voedingsmiddelen. De Nederlandse vertaling is: Gevarenanalyse en kritische controlepunten. Bedrijven die zich bezighouden met de bereiding, verwerking, behandeling, verpakking, vervoer en distributie van levensmiddelen dienen hierdoor alle aspecten van het voortbrengingsproces te identificeren en op gevaren te analyseren. Dit controleproces, uitgaande van de Europese Unie, wil ervoor zorgen dat het productieproces van alle voedingsmiddelen gepaard gaat met zo weinig mogelijk risico op besmetting. Hieruit voortvloeiend is bijvoorbeeld het voortdurend bewaken en registreren van koel- en vriescellen een verplichting geworden.
HACCP heeft zijn oorsprong in de Amerikaanse ruimtevaart omdat het daar niet mogelijk is om bedorven voedselpartijen terug te sturen naar de fabriek en te vervangen door betere producten, zodat het mislukken van een kostbare missie door voedselvergiftiging als een onacceptabel risico werd gezien.
HACCP is geen tastbare handleiding met voorschriften, maar een systeem dat op 7 principes gebaseerd is. Bedrijven moeten dit systeem toespitsen op hun eigen situatie. Ze geven daarbij zelf aan waar en in welke fase van de productie-en/of distributieprocessen er gevaren voor de gezondheid van de consumenten zouden kunnen ontstaan. Ook leggen zij vast welke maatregelen er genomen worden om bedreiging van de gezondheid van de consument te voorkomen, welke controles uitgevoerd worden en wat de resultaten zijn. Kortom: HACCP is een preventief systeem dat door bedrijven zelf moet worden uitgevoerd. Door de gezondheidsrisico's in bereidings- en behandelingsprocessen op te sporen en deze vervolgens beheersbaar te maken, wordt de veiligheid van het product verhoogd.

De 7 kernpunten van een HACCP-systeem:
  1. Inventariseer alle potentiële gevaren.
  2. Stel de kritische beheers punten (CCP's) vast, de punten in het proces waar het risico kan worden voorkomen of beperkt
  3. Geef per CCP de kritische grenzen aan.
  4. Stel vast hoe de CCP's bewaakt ofwel "gemonitord" worden.
  5. Leg per CCP de correctieve acties vast die moeten leiden tot herstel van de veiligheid
  6. Pas verificatie toe — een periodieke check om na te gaan of de HACCP aanpak goed werkt.
  7. Houd documentatie en registraties bij — vastleggen wat je hebt aangepast en hoe.
 
BHV;
Bedrijfshulpverlening (BHV) is de hulp die wordt verleend bij ongewenste gebeurtenissen in een organisatie, die de veiligheid en/of gezondheid van de werknemers en andere aanwezigen bedreigen (zoals brand en ongevallen).
BHV-organisatie.
Een BHV-organisatie omvat alle personen die ten aanzien van de bedrijfshulpverlening taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden hebben. De taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden van de BHV-organisatie zijn schriftelijk vastgelegd en de leden van de BHV-organisatie worden schriftelijk aangesteld. De werkgever kan zelf de BHV-taken op zich nemen, maar moet wel ten minste één werknemer aanwijzen die hem vervangt bij zijn afwezigheid. Binnen de BHV-organisatie zijn bedrijfshulpverleners aangesteld die zijn belast met minimaal de hieronder vermelde taken.

Taken bedrijfshulpverleners.
De taken van bedrijfshulpverleners zijn in ieder geval:

  • Het verlenen van eerste hulp bij ongevallen;
  • Het beperken en het bestrijden van brand en het beperken van de gevolgen van ongevallen;
  • Het in noodsituaties alarmeren en evacueren van alle werknemers en andere personen in het bedrijf of de inrichting.
Het is de verantwoordelijkheid van de werkgever dat doeltreffende verbindingen worden onderhouden met externe hulpverleningsorganisaties, zoals de gemeentelijke of regionale brandweer en de ambulance. Dit is van belang voor noodsituaties waarin de deskundigheid en hulpmiddelen van de bedrijfshulpverleners niet toereikend zijn, zoals bij een grote brand of een reanimatie.

Aantal bedrijfshulpverleners.
Op basis van de risico scenario's en naar aanleiding van het aantal personen dat nodig is om alle maatregelen die beschreven zijn in het BHV-plan adequaat te kunnen uitvoeren, wordt het benodigde aantal bedrijfshulpverleners vastgesteld. De restrisico's (RI&E) en de maatgevende factoren die voor de organisatie gelden, spelen hierbij een grote rol. Tevens wordt bij de bepaling van het aantal hulpverleners rekening gehouden met hun afwezigheid, bijvoorbeeld ten gevolge van ziekte, verlof, etc. Steeds moet worden gegarandeerd dat alle taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden binnen de BHV-organisatie adequaat en doelmatig worden vervuld. Zo kan het noodzakelijk zijn dat in een organisatie waar zich veel niet-zelfredzame personen bevinden (zoals kinderen, bejaarden, patiënten, of gehandicapten), alle werknemers worden opgeleid en aangesteld als bedrijfshulpverlener, omdat al deze werknemers nodig zijn voor een adequate uitvoering van de in het BHV-plan beschreven maatregelen.

Opleiding en certificering.
In Nederland wordt het volgen van een opleiding voor iedere bedrijfshulpverlener door de Arbeidsomstandighedenwet verplicht. Onafhankelijk waar een opleiding is gevolgd, is het voor een bedrijfshulpverlener mogelijk een vakbekwaamheidscertificaat te halen om aan te kunnen tonen dat de benodigde kennis en vaardigheden worden beheerst en de vereiste competentie is bereikt.



 
VOG;
 
Mensen die solliciteren op een functie in de gehandicaptenzorg dienen een ‘Verklaring omtrent het Gedrag’ te overleggen. En het overschrijden van seksuele grenzen is een aandachtspunt tijdens de gehele arbeidsperiode. Deze twee wijzigingen zijn aanleiding dat werknemers- en cliëntenorganisaties en de VGN het convenant 'Preventie seksueel misbruik in de gehandicaptenzorg' opnieuw hebben ondertekend.

Om seksueel misbruik van mensen met een handicap door het personeel in de gehandicaptenzorg te voorkomen dienen sollicitanten voor een baan in de gehandicaptenzorg een ‘Verklaring omtrent het Gedrag’ (VOG) over te leggen. Dit staat in het convenant 'Preventie seksueel misbruik in de gehandicaptenzorg' dat partijen opnieuw hebben ondertekend.
Er bestond al sinds 2003 een convenant; mensen met een handicap zijn extra kwetsbaar voor mogelijk seksueel misbruik en intimidatie en verdienen dan ook extra bescherming. De bedoeling van het convenant is het creëren van transparante procedures die extra bescherming bieden voor de gehandicapte, maar niet ten koste gaan van de rechten van de werknemer.

Wijziging.
Een aanleiding om het convenant te wijzigen is een wijziging van de Wet op de Justitiële Documentatie: deze VOG wordt nu centraal afgegeven door het ministerie van Justitie. Er wordt een verband gelegd tussen het doel van de aanvraag (werken in de gehandicaptenzorg) en de manier waarop iemand voorkomt in politie- en justitiedossiers. Naast veroordelingen worden zo nodig ook sepots en transacties betrokken in het oordeel of iemand de verklaring wel of niet krijgt.
Mede op verzoek van de convenantpartners heeft de minister van Justitie de regels voor afgifte van de VOG in januari 2007 nog verder aangescherpt. Personen die met gehandicapten willen werken, krijgen deze verklaring niet wanneer:
·         Zij in de 20 jaar voorafgaande aan de aanvraag zijn veroordeeld tot een (on)voorwaardelijke gevangenisstraf/taakstraf vanwege zedendelicten;
·         Zij twee of meermalen zijn veroordeeld tot een (on)voorwaardelijke gevangenisstraf/taakstraf vanwege zedendelicten.
·         Zij in de 10 jaar voorafgaande aan de aanvraag één maal in de justitiële documentatie voorkomen met een voorwaardelijk sepot dan wel veroordeeld zijn voor een andere straf dan een gevangenisstraf/taakstraf vanwege zedendelicten.”
De politie- en justitiedossiers, waarop zo’n verklaring is gebaseerd, moeten zo compleet mogelijk zijn. Om dit te bevorderen is in het convenant tevens afgesproken dat redelijke vermoedens van misbruik altijd zullen leiden tot aangifte bij de politie
.
Tijdens de gehele arbeidsperiode.
Een andere aanvulling op het convenant is de afspraak dat niet alleen bij binnenkomst in de organisatie, maar tijdens de gehele arbeidsperiode het overschrijden van seksuele grenzen van collega’s en cliënten onder de aandacht blijft. Dit is een aandachtspunt bij het houden van functioneringsgesprekken. Van eventuele incidenten op dit gebied wordt altijd melding gemaakt in het personeelsdossier.
 

HKZ;
HKZ (Harmonisatie Kwaliteitsbeoordeling in de Zorgsector) staat voor duurzame kwaliteitsverbetering in de zorg: onafhankelijk en betrouwbaar. Ze stellen kwaliteits- en veiligheidsnormen op voor ruim 30 branches in Zorg en Welzijn. Bijvoorbeeld voor apotheken, VV&T, kinderopvang en GGZ. Aan deze normen is het HKZ-keurmerk verbonden. Een organisatie met dit keurmerk heeft intern de zaken goed op orde, stelt de klant principieel centraal en werkt voortdurend aan verbetering van de zorg- en dienstverlening.

HKZ beschikt over een breed netwerk en expertise in de zorg. Regelmatig voeren ze gesprekken met belanghebbende partijen. Ze leggen hun oor goed te luisteren bij cliëntorganisaties, kwaliteitsmedewerkers, bestuurders en zorgkantoren. Het resultaat vindt je terug in nieuwe, innovatieve normen.
Visie.
Veilige en kwalitatief goede zorg moet voor iedereen bereikbaar zijn en blijven. Door met de belanghebbenden samen te werken en afspraken te maken verbeteren de diensten en processen in zorg en welzijn en zijn deze aantoonbaar.
Missie.
Zonder eigenbelang of winstoogmerk ontwikkelt NEN-HKZ (certificatie)normen en aanverwante producten en biedt diensten aan om zorgaanbieders en professionals te ondersteunen bij de implementatie hiervan. Het resultaat draagt bij aan de best mogelijke zorg voor de zorg- en welzijnsconsument.
Kernwaarden.
·         Professioneel.
·         Toegankelijk.
·         Toonaangevend.



BIG- registratie;
Het CIBG, een uitvoeringsorganisatie van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, voert het BIG-register. Ook houdt het CIBG zich bezig met de erkenning van buitenlandse diploma’s.
Het BIG-register.
Het BIG-register is een taak die voortkomt uit de Wet BIG (Wet op de Beroepen in de Individuele Gezondheidszorg). Het BIG-register geeft duidelijkheid over de bevoegdheid van een zorgverlener. Er staan meer dan 400.000 zorgverleners geregistreerd in het BIG-register. Iedereen kan het register raadplegen. Voor een apotheker, arts, fysiotherapeut, gezondheidszorgpsycholoog, psychotherapeut, tandarts, verloskundige en verpleegkundige gelden dat ze BIG geregistreerd moeten zijn. ze moeten allen voldoen aan de eisen die de overheid aan hen stelt voor de desbetreffende werkzaamheden. Hierbij is het mogelijk dat je eens in de zoveel tijd weer een toets moet afleggen om op het niveau te blijven. Ook kunnen hiervoor cursussen gegeven worden, om op het vereiste niveau te blijven.
Erkenning buitenlands diploma.
Zorgverleners met een buitenlands diploma moeten voldoen aan de Nederlandse opleidingseisen. Het opleidingsniveau, eventueel in combinatie met relevante werkervaring, moet gelijk zijn aan die van een Nederlandse zorgverlener. Wij beoordelen of een zorgverlener met een buitenlands diploma aan deze eisen voldoet.

Wat betekent registratie in het BIG-register.
Met een BIG-registratie:

  • Mag u de wettelijk beschermde beroepstitel voeren.
  • Mag u uw beroep zelfstandig uitoefenen.
  • Mogen artsen, tandartsen en verloskundigen zelfstandig de voorbehouden handelingen uitvoeren.
  • Valt u onder het tuchtrecht.
  • Kunt u starten met een opleiding tot specialist.
Apothekers, artsen, fysiotherapeuten, gezondheidszorgpsychologen, psychotherapeuten, tandartsen, verloskundigen en verpleegkundigen kunnen zich registreren in het BIG-register.

Voor de volgende beroepen binnen de zorg en welzijn hoef je niet BIG geregistreerd worden; Apothekersassistent, diëtist, ergotherapeut, huidtherapeut, klinisch fysicus, logopedist, mondhygiënist, oefentherapeut Cesar, oefentherapeut Mensendieck, optometrist, orthoptist, podotherapeut, radiodiagnostisch laborant, radiotherapeutisch laborant, tandprotheticus en verzorgende in de individuele gezondheidszorg (VIG’er)
 



Arbo;
De Arbeidsomstandighedenwet (of kortweg Arbowet) is een Nederlandse wet die regels bevat voor werkgevers en werknemers om de gezondheid, de veiligheid en het welzijn van werknemers en zelfstandig ondernemers te bevorderen. Doel is om ongevallen en ziekten, veroorzaakt door het werk, te voorkomen.
Verantwoordelijkheden.
Werkgever en werknemer zorgen samen voor het verbeteren van de arbeidsomstandigheden. De werkgever is uiteindelijk verantwoordelijk, maar overleg met de werknemers is verplicht. Ieder heeft daarin zijn eigen taak:
  • Werkgevers moeten de risico's van het werk in kaart brengen, verbeteringen voorstellen en het gevoerde beleid evalueren: de RIE-procedure (ook wel RI&E: risico-inventarisatie & -evaluatie). Zij moeten voorlichting en instructies geven over deze risico's en over de maatregelen die daartegen genomen zijn.
  • Werknemers moeten de veiligheidsinstructies opvolgen en beschikbaar gestelde beschermingsmiddelen gebruiken.
  • De ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging moet instemmen met het arbobeleid. De ondernemingsraad heeft ook instemmingsrecht op de keuze van de arbodienstverlening (maatwerkregeling of vangnetregeling), het contract met de arbodienstverlener en benoemen van preventietaken. Als er geen ondernemingsraad of personeelsvertegenwoordiging is, overlegt de werkgever met de belanghebbende werknemers. Bij een conflict over de arbeidsomstandigheden, moeten werkgever en werknemers samen naar een oplossing zoeken.
  • De arbodienst, waarbij elke werkgever aangesloten kan zijn. Door een wijziging van de Arbowet mag elke werkgever sinds 1 juli 2005 zelf kiezen of hij een gecertificeerde arbodienst (vangnetregeling) of een gecertificeerde Arbo-deskundige (arbeid en organisatiedeskundige, veiligheidskundige, arbeidshygiënist of bedrijfsarts) inschakelt, of dat hij de Arbo-taken zelf uitvoert. Voor de volgende taken is het inschakelen van een bedrijfsarts verplicht:
    • een eventuele aanstellingskeuring (wet op de aanstellingskeuringen);
    • het Arbeidsgezondheidskundig Onderzoek (AGO);
    • advies bij opstellen plan van aanpak na 6 weken ziekteverlof (re-integratie en wet verbetering poortwachter)
  • De Arbeidsinspectie kan sanctionerend optreden indien er niet aan de bepalingen van de wet voldaan wordt; bij incidenten onderzoekt zij altijd de zaak.


CAO;
De COA hebben wij al een keer eerder behandelt in deze opdracht. Ik leg nu alsnog een keer in het kort uit wat een CAO inhoudt.
Een collectieve arbeidsovereenkomst (CAO) is een akkoord dat gesloten wordt tussen één of meer werknemersorganisaties en één of meer werkgeversorganisaties, of één of meer werkgevers. Individuele en collectieve betrekkingen tussen werkgevers en werknemers in ondernemingen of in een bedrijfstak worden in dit akkoord geregeld. De rechten en verplichtingen van beide partijen worden met dit document bepaald.

Inhoud van een CAO.


In een cao kunnen dezelfde soort afspraken worden vastgelegd die normaal gesproken in een arbeidsovereenkomst staan. In de arbeidsovereenkomst wordt veelal verwezen naar de toepasselijke cao.

Denk daarbij aan:
  • Arbeidsduur.
  • Beloning. (loonschalen)
  • Functiewaarderingssysteem.
  • ATV- en vakantieregelingen.
  • Overwerkregeling.
  • Regelingen in geval van ziekte.
  • Arbeidsomstandigheden en veiligheid van de werknemer.
  • (Pre)pensioenregeling.
  • Ontslagregelingen.
  • Beroepingsrecht.

 

CFB;

CFB is de afkorting van, con­trole fysieke beheersing.


Waarom CFB?
Als sociale vaar­digheden niet meer toereiken om eigen vei­ligheid, die van de collega’s en/of cliënten te waar­bor­gen en er moet fysiek ingegre­pen worden, dan is het belan­grijk dat dit vei­lig, en effectief  gebeurt door middel van fysieke beheersing.

Wat houdt CFB in?
CFB kent een tweetal doelen.

·         Het creëren  van inzichten in eigen (fysieke) houding en gedrag m.b.t.
(dreigende) agressief gewelddadige situaties = controle.

·         Fysiek zeker en professioneel individueel – en/of teamgericht leren handelen in
agressief (dreigende) gewelddadige situaties = fysieke beheersing.

CFB bestaat uit een aantal onderdelen.

·         Leren ervaren van eigen houding en eigen angst / onmacht in agressief
gewelddadige situaties met cliënten en bezoekers in een instelling.
 
·         Leren van persoonlijke veiligheidstechnieken om veilig weg te komen uit
bedreigende situaties.

·         Leren van team - veiligheidstechnieken met het doel om efficiënt en professioneel
fysiek samen te werken.

·         Vanuit fysieke samenwerking leren communiceren in bedreigende situaties met
cliënten/bezoekers in instelling of bedrijf.

Geen opmerkingen: